donderdag 14 mei 2009

De Boeddha's die achterbleven

In 1882 maakte de vrome Chinese monnik Hui Gen een pelgrimstocht naar Birma, en op de terugweg naar zijn klooster op het eiland Putuoshan (zo'n 250 km onder Shanghai)nam hij een paar souveniertjes mee: vijf enorme Boeddha-beelden, elk gemaakt van een enkel stuk kostbaar jade. Aangezien het grootste beeld alleen al 1000 kilo woog, bleek het een heel gesjouw en eenmaal in Shanghai konden de beelden niet allemaal met de ferry mee. De monnik zag blijkbaar in dat hij het lot niet moest tarten door heen en weer te gaan varen, dus hij liet twee beelden achter in Shanghai. Er werd een tempel gebouwd om de beelden een vast nieuw onderdak te geven en de monnik vertrok met de resterende drie beelden naar zijn klooster, maar daar zijn ze nu niet meer. Tot op de dag van vandaag weet niemand waar ze gebleven zijn, een mysterieuze zaak. De huidige tempel is de jongste van Shanghai (die uit 1882 brandde af en werd herbouwd in 1918)en het is de populairste tempel, zowel onder de Chinezen als de toeristen.
In de serie, 'we doen weer eens een tempeltje vandaag', vertrokken we gistermiddag richting noord-Shanghai, een buurt waar ik eigenlijk nog nooit geweest was. Na de drukte van Yan an lu, de eindeloze winkels op Nanjing lu en de Art deco huizen langs Beijing lu, reden we door een gezellig Chinees woonbuurtje met veel groene straten, de typische laan-huizen, kleine winkeltjes en parkjes. Opeens sloegen we linksaf een klein straatje in met aan de ene kan een fabriek en aan de andere kant de poort van de tempel, heel onopvallend zo midden in de woonwijk. Het was gelukkig niet druk. Zo te zien waren er gisteren, op de dag van de herdenking, veel mensen geweest, want de wierrookbranders stonden aardig vol. De twee jade beelden hebben ieder hun eigen gebedshal. In de eerste hal staat het beeld van de zittende Boeddha in lotushouding op het moment van verlichting, 1000 kilo zwaar en bijna twee meter hoog. Het is werkelijk een prachtig beeld, de groene jade is bijna doorzichtig, de Boeddha kijkt je aan met een zachte glimlach en het beeld is helemaal bezet met edelstenen. In de andere hal kun je de liggende vesie bewonderen, Boeddha met een vredige glimlach op het moment van de dood. Dit beeld is maar een meter lang, maar zo mogelijk nog mooier dan de andere en het is ook weer helemaal afgewerkt met edelstenen.
Hierna hebben Sophie en ik nog een beetje door de tempel gewandeld en genoten van de rust en de bijzondere rituelen die er aan de gang waren. De tempel is namelijk nog volop in gebruik; overal zie je (vrij jonge) monniken rondlopen in hun goudgele wapperende pijen, druk met gezang, gebeden, een gezellig praatje of even op de mobiel praten met wie zal het zeggen. Sophie kreeg nog diverse aaien over de bol en ze vond die meneren wel aardig geloof ik. Dat vind ik wel erg leuk aan de tempels hier, je kunt er gewoon naar binnen, iedereen is met zijn eigen ding bezig en ik als bezoeker kan er ook gewoon lekker op een muurtje gaan zitten om alles eens te observeren. Niemand die zich eraan stoort. Een oase van rust in deze chaotische stad. Tenminste, totdat er een kudde Italiaanse toeristen binnenkwam, tjongejonge, wat zijn die toch altijd aanwezig. Kakel de kakel, korte broeken, topjes en slippers en maar herrie maken. Het was weer tijd om op te stappen.

1 opmerking:

Ma de Zeeuw zei

Prachtig verhaal. Herken de Italianen van de beklimming op de Mozesberg.Omdat ik op mijn snuffert was gegaan bleven we een plateau onder top. Gelukkig, naar we later van onze groep hoorden, want ook daar waren de kakels. Weg adembenemende zonsopgang.En wij hadden rust. Groetjes ma.